Letra de 'Droom' de Leon Lutterman

Ik leg mijn sokken op de mand en maak een sopje
de afwas van de hele week die moet erin
dat moet dan eerst weer uren staan te weken
anders heeft dat hele afwassen geen zin
de ketel fluit naar mij, hij is de enige
en ook het koffieapparaat kan ik verstaan
zo met mijn dingetjes te converseren
de televisie in de hoek die kijkt me aan

Want het is altijd een bende bij de afwas
vuilniszakken in een rij op het balkon
wie alleen leeft heeft met niemand wat te maken
en zo stapelt het zich op tot het plafond

Op zaterdag als alle mensen vrij zijn
moet ik eerst op een draf naar Albert Hein
koop iets uit de reclame, wat koek en wat deeg
voor de ijskast want die is al dagen leeg
dat voelt 'ie want hij begint te knorren
't is het geluid als van een lege maag
er staat een rij van 26 karren
en de cassière werkt op zaterdag zo traag

Want het is altijd een bende bij de afwas
vuilniszakken in een rij op het balkon
wie alleen leeft heeft met niemand wat te maken
en zo stapelt het zich op tot het plafond

Natuurlijk heb je heus wel eens visite
dan ruim je alles keurig aan de kant
neemt een recept van Joop Braakhekke, het mooiste theeservies
en je besluit tot truffels met fazant
ja door de weeks dan maak je macaroni
en van de boontjes en de worteltjes een brij
als je niet kookt heb je ook geen honger
want de chinees en de shoarma zijn dichtbij

Want het is altijd een bende bij de afwas
vuilniszakken in een rij op het balkon
wie alleen leeft heeft met niemand wat te maken
en zo stapelt het zich op tot het plafond

Op een dag dan stap jij op tram 25
zit tegenover me en spreekt me aan
was jij die jongen niet die ik laatst hoorde op de radio
vooral dat liedje van die afwas sprak me aan
want ik heb thuis zo'n zelfde stapel
die wankelt bij mij door de kamer heen
als je mij helpt kom ik jou ook helpen
en daarna weer terug met lijn 1

Want het is altijd een bende bij de afwas
vuilniszakken in een rij op het balkon
wie alleen leeft heeft met niemand wat te maken
en zo stapelt het zich op tot het plafond